Digitale geletterdheid jeugd

Omgaan met schermen in huis; nieuwe tijden vragen wel heel veel van ouders

Voor ouders met jonge kinderen zijn beeldschermen altijd al handig geweest om hun kroost te vermaken. De tablet of smartphone kan ukkies prima bezig houden.
Inhoudsblok

door Peter Nikken, Nederlands Jeugdinstituut en lector Jeugd en Media bij Hogeschool Windesheim

In de afgelopen week is die functie van beeldschermen flink toegenomen. Van de ene op de andere week konden kinderen opeens niet meer naar de opvang of school, en moesten ouders ook zoveel mogelijk thuis werken of zichzelf zien te vermaken als thuiswerken niet kan. Dat heeft veel vragen opgeleverd. Hoe hou je het thuis gezellig en gestructureerd? Hoe organiseren scholen onderwijs online? Hebben alle kinderen in Nederland wel goed toegang tot internet en voldoende laptops of tablets? Hoe combineer je als ouder de opvoeding met eigen werk als je dat thuis kunt doen?

Er wordt heel hard gewerkt door allerlei mensen en instanties om ouders van informatie te voorzien. Uiteraard kan ook de bibliotheek hier een rol in pakken, als wegwijzer bij de mediaopvoeding.

Nieuwe onderzoekscijfers, nu al weer achterhaald?

Vlak voor dat de Corona-crisis ook in Nederland serieus werd, in Februari, hebben ruim 1.000 ouders met jonge kinderen meegedaan met het jaarlijkse Media Ukkie onderzoek van Netwerk Mediawijsheid.

Digitaal Digistart Congres

Volgens dat onderzoek besteedden kinderen van 0 tot 6 jaar gemiddeld per dag ruim 100 minuten aan verschillende beeldschermen, wat ze vooral passief deden – lees: ze keken hoofdzakelijk naar tv-programma’s, Netflix, en allerlei YouTube filmpjes. Vooral ‘s middags waren beeldschermen een ideaal moment om te gebruiken, zeker aan het eind van de middag. Relatief veel kinderen (ongeveer de helft) gebruikten op dat moment de schermen zelfstandig of met broertjes en zusjes. Logisch, want dat is het moment voor stoom afblazen na school of opvang terwijl de ouders het avondeten voorbereiden. Vier op de tien ouders zeiden dan ook dat ze dan de handen vrij willen hebben, net als ’s ochtends vroeg voor school trouwens.

Deze cijfers zijn nu natuurlijk alweer achterhaald. Grote kans dat kinderen nu extra tijd doorbrengen met beeldschermen, nu sporten, buiten spelen met vriendjes, en al dat soort dingen niet meer zo vanzelfsprekend zijn als vroeger.

Goede informatie voor ouders blijft belangrijk

Wat niet anders is dan voorheen, is dat ouders nog steeds goede ondersteuning nodig hebben om hun kinderen goed te kunnen begeleiden bij het gebruik van media. De bibliotheek kan helpen het kaf van het koren te scheiden. Het internet staat vol met tips, voorbeelden van activiteiten met kinderen, en adviezen. Soms ook staat er onzin of algemeenheden waar ouders net in hun specifieke situatie helemaal niks mee kunnen.

De bibliotheek is een van de vele organisaties die ouders juist nu ook online kunnen ondersteunen met goede adviezen over geschikte media. Welke boekjes, games of films vinden kinderen van verschillende leeftijden leuk of leerzaam, wat voor achtergrondinformatie hebben kinderen nodig bij opdrachten voor school, en welke boeken zijn er voor ouders om gezond te kunnen blijven opvoeden? Vers van de pers is dat bijvoorbeeld De Schermwijzer, een toegankelijk praktisch boek voor ouders met kinderen van 0 tot 18 jaar. Samen met instrumenten als De Mediadiamant en tips uit de toolbox Mediaopvoeding van het Nederlands Jeugdinstituut reuze handig.

#

Flitsonderzoek Netwerk Mediawijsheid

In de ‘normale situatie’ besteden kinderen gemiddeld een uur en drie kwartier als schermtijd, zo bleek uit het eerder door Netwerk Mediawijsheid gepubliceerde Iene Miene Media-onderzoek 2020, hét jaarlijkse onderzoek over mediagebruik onder kinderen van 0 t/m 6 jaar. Vanwege de thuisblijf-maatregelen rondom het coronavirus is er een aanvullend flitsonderzoek gedaan, om vast te stellen in hoeverre het mediagebruik in gezinnen nu anders is. Lees hier meer over het flitsonderzoek.

Volgens dat onderzoek besteedden kinderen van 0 tot 6 jaar gemiddeld per dag ruim 100 minuten aan verschillende beeldschermen, wat ze vooral passief deden – lees: ze keken hoofdzakelijk naar tv-programma’s, Netflix, en allerlei YouTube filmpjes. Vooral ‘s middags waren beeldschermen een ideaal moment om te gebruiken, zeker aan het eind van de middag. Relatief veel kinderen (ongeveer de helft) gebruikten op dat moment de schermen zelfstandig of met broertjes en zusjes. Logisch, want dat is het moment voor stoom afblazen na school of opvang terwijl de ouders het avondeten voorbereiden. Vier op de tien ouders zeiden dan ook dat ze dan de handen vrij willen hebben, net als ’s ochtends vroeg voor school trouwens.

Deze cijfers zijn nu natuurlijk alweer achterhaald. Grote kans dat kinderen nu extra tijd doorbrengen met beeldschermen, nu sporten, buiten spelen met vriendjes, en al dat soort dingen niet meer zo vanzelfsprekend zijn als vroeger.

#

De kabinetsmaatregelen in de aanpak van het coronavirus hebben grote maatschappelijke gevolgen. Het Nederlands Jeugdinstituut informeert kinderen, ouders, opvoeders en professionals zo goed mogelijk in deze situatie.

Via deze pagina houden we je op de hoogte.