Informatie voor het bibliotheeknetwerk

Interview Frank Huysmans: 'Welzijn bibliotheekgebruiker belangrijkste drijfveer’

Nieuwsbericht
Vergelijken
11 oktober 2021
Bij zijn herbenoeming kreeg de leerstoel van bibliotheekhoogleraar Frank Huysmans een nieuwe titel. Voortaan mag hij zich nog meer richten op de bibliotheek als onderdeel van de informatiesamenleving – een onderwerp waar zijn hart ligt.
Inhoudsblokken

2021 was niet het eerste jaar waarin bibliotheekhoogleraar Frank Huysmans werd herbenoemd: hij bekleedt deze functie, ingesteld vanwege de VOB en sinds 2015 gedragen door de Koninklijke Bibliotheek (KB), al sinds 2005. Wel heeft de leerstoel een nieuwe plek gekregen. Die is niet langer gevestigd bij de afdeling Mediastudies (faculteit der Geesteswetenschappen) van de Universiteit van Amsterdam (UvA), maar bij de afdeling Communicatiewetenschap van de faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen aan dezelfde universiteit.

Frank Huysmans

Ook is de titel van de leerstoel gewijzigd: deze heet niet langer ‘Bibliotheekwetenschap, in het bijzonder met betrekking tot openbare bibliotheken’, maar ‘Information Society, with special regard to the transformation of public libraries’. Een ogenschijnlijk subtiele aanpassing, die wel degelijk veranderingen met zich meebrengt. Met de verhuizing én de naamswijziging van de leerstoel vindt een verschuiving in perspectief plaats. Niet de openbare bibliotheek staat centraal in het onderwijs en onderzoek dat Huysmans uitvoert, maar veranderingen in maatschappelijke communicatie- en informatiestromen, waarin de bibliotheek een belangrijke rol speelt.

Papieren boeken

Huysmans verbaast zich vanuit zijn functie bijvoorbeeld over de overtuiging die tot een aantal jaren geleden ook in de wereld van de openbare bibliotheken overheerste, dat boeken in papieren vorm op termijn zouden verdwijnen. ‘Tegenwoordig kun je tenslotte alle informatie terugvinden op internet, was de gedachte. Maar wat als die toegang tot het internet voor burgers niet vanzelfsprekend is, vanwege computerangst? En als ze toegang tot internet hebben, hebben ze om auteursrechtelijke redenen nog altijd geen toegang tot heel veel boeken en andere content.’

Die vragen vinden gelukkig steeds meer hun weg naar de directies van bibliotheken – en naar het beleid dat het doen en laten van bibliotheken bepaalt. ‘Inmiddels raken de lokale en landelijke overheid er weer steeds meer van overtuigd dat een beetje dorpskern een bibliotheek zou moeten hebben. Dat was de afgelopen jaren een tijdlang niet het geval, ook omdat men dacht dat door digitalisering van boeken de fysieke bibliotheek zijn langste tijd had gehad.'

Inhaalslag

Het is niet de enige trend in bibliotheekland: ook Huysmans ziet dat de maatschappelijk-educatieve bibliotheek sterk in opkomst is. ‘In onze taakopvatting lopen wij achter op veel andere landen,’ ziet hij. ‘In Nederland gold de openbare bibliotheek lange tijd zuiver als een instrument voor leesbevordering. In andere landen, zoals in Scandinavië en de Verenigde Staten, vat men de functie van de bibliotheek al langer veel breder op, tot hulpverlening aan drugsverslaafden en daklozen aan toe. Met de instelling van onze vijf kernfuncties zijn we in feite bezig met een inhaalslag.’

Waardoor komt het dat we in Nederland zo achterlopen op bibliotheekgebied? ‘Dat begint denk ik bij de onderwaardering van boeken en lezen die onder Nederlanders heerst. Kinderen lezen geen boeken meer, ze kijken liever YouTube, en dat is nu eenmaal zo, roepen wij hier. We lijken ons neer te leggen bij deze trend, terwijl goed kunnen lezen en schrijven zo’n belangrijk onderdeel van je ontwikkeling is. Je doet je kind echt te kort als je zo redeneert.  In die houding zijn wij als Nederlanders echt uniek. In veel andere landen kunnen ouders zich geen school zonder schoolbibliotheek voorstellen.’

Eerstelijns

Liever zou Huysmans zien dat we de bibliotheek beschouwen als een eerstelijns informatievoorziening, zoals we in Nederland de eerstelijnsgezondheidszorg hebben georganiseerd, met de huisarts de eerste persoon is die je raadpleegt wanneer je bang bent dat er iets mis is met je gezondheid. ‘Makkelijke informatievragen kunnen we bij de bibliotheek zelf beantwoorden en bij lastigere zaken verwijzen we door,’ aldus Huysmans. ‘Dat doen we steeds beter – al beschikken bibliotheken nog lang niet over de financiële mogelijkheden om die functie ten volle te vervullen. Tussen 2010 en 2017 is het budget dat bibliotheken te besteden hebben behoorlijk gekrompen. In dat licht is het behoorlijk knap dat ze zoveel van de grond hebben gekregen.’

Waar zouden meer financiële mogelijkheden in de bibliotheeksector voor kunnen zorgen? ‘Meer en beter gekwalificeerd personeel,’ vindt Huysmans. ‘Vrijwilligers doen hun best. Sommige klussen, zoals het opruimen van boeken, kun je uitstekend aan hen overlaten. Daarvoor hoef je geen hoogopgeleide bibliothecaris te zijn. Maar voor het geven van cursussen heb je wel degelijk een opleiding nodig: je moet weten hoe het menselijk brein werkt en hoe je dat nieuwe kennis en vaardigheden leert. Hoe dat werkt, leer je niet zomaar in een cursus.’

Drijfveer

In het buitenland wordt daar anders over gedacht, weet Huysmans. ‘In Engeland en Duitsland worden ook vrij veel vrijwilligers ingezet, maar in Midden-Europa en Scandinavië moet je echt een vakopleiding hebben gevolgd om in de bibliotheek te mogen werken. Soms geldt zelfs een wettelijke opleidingseis. Ik zeg niet dat die er in ons land ook moet komen, maar als we die in Nederland hadden gehad, had het personeelsbestand wel minder gemakkelijk uitgekleed kunnen worden dan sinds 2010 is gebeurd. Het idee dat bibliotheekwerk een professionele opleiding behoeft, is bij ons compleet uitgemergeld. De laatste opleidingen zijn inmiddels opgedoekt. We hebben niets meer – op mbo-, hbo-, noch op wo-gebied. Hoe dat heeft kunnen gebeuren, is mij een raadsel. Daar ben ik best een beetje boos over.’

Dat ongenoegen steekt Huysmans niet onder stoelen of banken: voor vakbladen als Bibliotheekblad en IP | vakblad voor informatieprofessionals schrijft hij geregeld over zijn bevindingen. ‘De positie van bijzonder hoogleraar past heel goed bij mij: ik vind het prettig om met één been in de theorie en met het andere in de praktijk te staan. En toch: ik kan niet in mijn eentje in twee dagen het hele bibliotheekveld veranderen. Daarom probeer ik op de juiste plekken en op de juiste momenten te prikken, in de hoop discussies op gang te brengen. Zo wil ik ook voorkomen dat we internationaal gaan achterlopen – niet omdat dat de reputatie van ons land of onze sector schaadt, maar omdat de Nederlandse burger hier baat bij heeft. Dat is mijn belangrijkste drijfveer: het welzijn van de individuele bibliotheekgebruiker. Hoe kunnen kennis en informatie die persoon helpen zich verder te ontwikkelen?’

Over Frank Huysmans

Frank Huysmans (1970) was van 2001-2010 als wetenschappelijk medewerker in dienst van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in Den Haag en deed daar onderzoek naar mediagebruik en cultuurdeelname. Daarvoor was hij als universitair docent en onderzoeker werkzaam bij de afdeling communicatiewetenschap van de Radboud Universiteit in Nijmegen, waar hij ook studeerde (1987-1992) en promoveerde (2001). Van 2010-2012 was hij programmamanager Onderzoek en kennisdeling bij het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken (SIOB). Vanaf 2012 is hij zelfstandig onderzoeker en consultant (WareKennis, Den Haag) naast zijn bijzonder hoogleraarschap. Hij woont met zijn zoon (15) in Den Haag.