Informatie voor het bibliotheeknetwerk

Bibliotheken zetten flink in op leesbevordering en digitale geletterdheid voor 0- tot 4-jarigen

Nieuwsbericht
Vergelijken
17 maart 2023
Bibliotheken organiseerden in schooljaar 2021-2022 een breed scala aan lees- en mediabevorderende activiteiten voor baby’s, peuters en kleuters. Met dit aanbod bleven zij flink inzetten om laaggeletterdheid bij de jonge doelgroep te voorkomen. Bibliotheken spanden zich in voor meer samenwerkingen met partners en hielden focus op taalarme gezinnen. Dat blijkt uit onderzoek naar de samenwerking tussen voorschoolse educatie en de bibliotheek, uitgevoerd via de Bibliotheekmonitor.
Inhoudsblokken

Breed aanbod voorschoolse educatie in bibliotheken

De bibliotheken die meewerkten aan dit onderzoek bieden steeds meer programma’s aan voor baby’s, peuters en kleuters. Zo deden alle bibliotheken mee aan De Nationale Voorleesdagen en BoekStart voor baby’s. Ook deden drie op de vier bibliotheken mee aan BoekStart in de kinderopvang. Waarbij medewerkers van de kinderopvang betrokken worden om een positief leesklimaat in de kinderopvang te creëren. 

Het leren omgaan met verschillende soorten media wordt ook op vroege leeftijd steeds belangrijker. Tijdens de Media Ukkie Dagen krijgen ouders, verzorgers en pedagogische medewerkers tips om jonge kinderen te begeleiden in de digitale wereld. De deelname van bibliotheken aan dit evenement nam een grote sprong vooruit: van 54% in 2020-2021 naar 78% in 2021-2022. 

Afnemende invloed coronamaatregelen op dienstverlening

De dienstverlening werd dit schooljaar minder beïnvloed door de coronamaatregelen. Zodra de maatregelen nauwelijks tot geen belemmeringen meer vormden, pakten bibliotheken de draad weer op, en pasten hun dienstverlening aan op de veranderende omstandigheden. Het aantal jonge leden van 0 tot 4 jaar groeide, bibliotheken konden meer BoekStartkoffertjes uitdelen en meer bibliotheken zetten BoekStartcoaches, voorleesconsulenten en front-officemedewerkers in. De populariteit van de landelijke BoekStartdag is verder toegenomen van 52% in 2020-2021 naar 75% in 2021-2022.

De impact van corona op de dienstverlening voor 0- tot 4-jarigen is naar verwachting ook in de coronavrije toekomst zichtbaar. Vrijwel alle bibliotheken zeggen immers van plan te zijn de alternatieven opgestart in de coronatijd te blijven aanbieden, zoals de promotie van Jeugdbibliotheek.nl, het aanbieden van voorleesfilmpjes en online voorleessessies.

Blijvende focus op taalarme gezinnen

Ook in 2021-2022 besteedden bibliotheken speciale aandacht aan taalarme gezinnen. Naast het project Kwaliteitsimpuls Laagtaalvaardige Ouders bereikten veel bibliotheken taalarme gezinnen met de VoorleesExpress (63%). Bij de VoorleesExpress is een blijvend stijgende lijn te zien: in 2017 coördineerde 38% van de bibliotheken dit programma. Ook het volgende schooljaar zijn vier op de vijf bibliotheken (79%) van plan in te zetten op taalarme gezinnen.

Samenwerking met meer partners

Het aantal partners waarmee de bibliotheken samenwerken is toegenomen. In 2016 werkten bibliotheken met gemiddeld drie verschillende partners samen op het gebied van voorschoolse educatie, in het schooljaar 2021-2022 waren dat er zes. 

Bibliotheken werkten in 2021-2022 vooral samen met: 

  • gemeente(n) (98%)
  • consultatiebureaus, CJG en jeugdgezondheidszorg (96%) 
  • kinderopvanginstellingen (94%). 
  • basisscholen (inclusief brede scholen, voorscholen en integrale kindcentra) (80%) 
  • de VoorleesExpress (74%) 

Een ruime meerderheid van de bibliotheken werkt structureel samen met partners. In bijna alle gevallen gaat het om stijgingen ten opzichte van vorige schooljaren; met name met de VoorleesExpress, Taalhuis, Welzijnsorganisaties en Onderwijsinstellingen wordt vaker samengewerkt.

Infographic voorschoolse educatie 2021-2022

Aanbevelingen van het kernteam

Het kernteam voorschoolse educatie heeft bewondering voor het aanpassingsvermogen van bibliotheken tijdens, en na een periode van wisselende coronamaatregelen. Op basis van de bovengenoemde resultaten doet het kernteam enkele aanbevelingen:

  • Met het oog op de doelgroep taalarme gezinnen, blijft speciale aandacht voor de gezinsaanpak van cruciaal belang. Blijf daarom inzetten op deze kwetsbare doelgroep met programma’s zoals de VoorleesExpress en de BoekStartcoach. Beide focussen zich op het doorbreken van de cyclus van laaggeletterdheid in taalarme gezinnen.
  • De samenwerking tussen bibliotheken en verschillende partners is van groot belang bij het stimuleren van de lees(media)- en taalontwikkeling van 0- tot 4-jarigen. Focus daarom op een integrale aanpak met verbindingen binnen en buiten de bibliotheek. Ook in het kader van het vinden en bereiken van laagtaalvaardigen binnen de doelgroep (kinderen van) ouders met Nederlands als moedertaal (NT1) is in gesprek blijven met verschillende partners belangrijk;
  • Blijf vanuit de bibliotheek de e-learningmodule Taalstimulering door voorlezen – voor zowel jeugdartsen en -verpleegkundigen als kraamverzorgenden - onder beide doelgroepen promoten. Deze modules blijken vaak nog niet bij de doelgroep bekend en helpen de deskundigheid op het gebied van leesbevordering te vergroten. 
  • De personele bezetting in de bibliotheek blijft een aandachtspunt. Ondanks de inzet van meer verschillende type functies, blijft het aantal fte beschikbaar voor de dienstverlening stabiel. Bij veel bibliotheken is meer tijd nodig om de dienstverlening naar een hoger plan te kunnen tillen; maak ook daarvoor personeelsuren vrij. Bekostig de dienstverlening niet enkel met een startsubsidie, maar zet in op structurele middelen. Draag zorg voor structurele inzet van personeel, duurzame plannen en meerjarenbegrotingen en leg dit vast in lokale (samenwerkings)overeenkomsten met de partners waarin de afgestemde taken, rollen en verantwoordelijkheden staan beschreven. 

Resultaten

Dit onderzoek is uitgevoerd via de Bibliotheekmonitor. De landelijke rapportage biedt diverse aanknopingspunten om het gesprek met de gemeente en andere samenwerkingspartners aan te gaan. Daarnaast zijn de resultaten verwerkt in een landelijke infographic en zijn per provincie infographics beschikbaar voor de provinciale ondersteuningsinstellingen (POI’s). De bibliotheken ontvangen tevens een individuele infographic, waarmee de dienstverlening ook op lokaal niveau in kaart is gebracht. Zowel de landelijke en provinciale als de lokale resultaten zijn nader te analyseren via het dashboard op Bnetwerk. Dit dashboard biedt de bibliotheken de mogelijkheid hun individuele resultaten af te zetten tegen de landelijke cijfers, de resultaten van de provincie en bibliotheken van vergelijkbare grootte.