Informatie voor het bibliotheeknetwerk

Samenwerking met het voortgezet onderwijs 2021-2022

  1. Financiering

Financiering

Samenwerking met name gefinancierd door bibliotheek en scholen

Net als voorgaande jaren hebben de meeste bibliotheken budget vrijgemaakt in de reguliere begroting voor de samenwerking met het voortgezet onderwijs (80%). Daarnaast zijn de scholen (75%) wederom een belangrijke financieringsbron. Iets meer dan de helft van de bibliotheken ontvangt tevens financiering van stimuleringsfondsen of subsidies van commerciële partijen (55%). Dat is een stijging ten opzichte van vorig schooljaar, toen 36% van de bibliotheken gebruikmaakte van deze financieringsbron. Ook het aantal bibliotheken dat financiering ontving van gemeenten is gestegen van 15% in 2020-2021 naar 21% in 2021-2022. Een logische ontwikkeling aangezien meer bibliotheken zijn gaan samenwerken met gemeenten. Met name bibliotheken met een groot werkgebied – van 100.000 inwoners of meer – maken gebruik van dergelijke financieringsbronnen. 

Budget veelal structureel

Het budget dat door bibliotheken zelf wordt vrijgemaakt voor de samenwerking met het voortgezet onderwijs is meestal structureel van aard (77%). In 2020-2021 lag dit aandeel lager, toen maakte 67% van de bibliotheken structureel budget vrij voor de samenwerking. Ongeveer vier op de tien bibliotheken (39%) zetten incidenteel budget in. 

Uit welke bronnen wordt de samenwerking met het voortgezet onderwijs gefinancierd? (Selectie: bibliotheken die samenwerken met het voortgezet onderwijs, N: 119)

Financieel dekkingsplan

Voor 178 schoollocaties is een financieel dekkingsplan opgesteld; dat is 68% van alle schoollocaties met een overeenkomst. Hiermee is een grote sprong voorwaarts gemaakt: in 2020-2021 lag het aantal schoollocaties met een financieel dekkingsplan op 109 (52% van alle schoollocaties met een overeenkomst). Acht op de tien bibliotheken die samenwerken met een overeenkomst, stelden met minimaal één schoollocatie een financiële dekkingsplan op (83%).