Bibliotheek, gemeente en Kunst van Lezen grootste financiers
Net als voorgaande jaren hebben vrijwel alle responderende bibliotheken in de reguliere begroting budget vrijgemaakt ter bekostiging van de activiteiten in het kader van voorschoolse educatie (93%). Daarnaast zijn gemeenten (79%) en Kunst van Lezen (55%) wederom belangrijke financieringsbronnen. In 2021-2022 werd de dienstverlening vaker door gemeenten gefinancierd dan in vorig schooljaar (71%). Twee op de vijf bibliotheken (43%) ontvangen tevens financiering van kinderopvanginstellingen voor geleverde producten en diensten. Het aandeel bibliotheken dat een bijdrage ontvangt van Tel Mee Met Taal is gegroeid van 10% in 2020-2021 naar 21% in het schooljaar 2021-2022. Een ontwikkeling die mogelijk te verklaren is door de groeiende aandacht rondom ouderbetrokkenheid, waaronder het project Kwaliteitsimpuls Laagtaalvaardige Ouders.
Budget vaker alleen structureel, en minder incidenteel
Het budget dat door bibliotheken zelf wordt vrijgemaakt voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie is meestal structureel (90%). In schooljaar 2021-2022 zetten bibliotheken aanzienlijk vaker alleen structureel budget in, en minder vaak een combinatie van zowel structureel als incidenteel budget. Waar in 2020-2021 nog 61% van de bibliotheken incidenteel en structureel budget vrijmaakten, deed in schooljaar 2021-2022 dit nog maar circa een derde van de bibliotheken (31%). Het aandeel dat alleen structureel budget inzet steeg van 34% in 2020-2021 naar 59% in 2021-2022. Wanneer bibliotheken een incidentele bijdrage inzetten, komt deze bijdrage vaak ten goede aan het aanbod rondom de BoekStartcoach en de VoorleesExpress.
BoekStart in de kinderopvang voornamelijk bekostigd uit eigen begroting en gemeentesubsidie
Binnen het actieprogramma Tel mee met Taal 2020-2024 stelt Kunst van Lezen stimuleringsgelden ter beschikking aan bibliotheken voor de uitvoering van BoekStart in de kinderopvang. Daarnaast putten bibliotheken uit hun eigen begroting (67%), ontvangen ze subsidie van de gemeente (55%) of krijgen ze een bijdrage van de kinderopvang waarmee ze samenwerken (38%). In 2021-2022 wordt BoekStart in de kinderopvang vaker dan voorgaande schooljaren naast Kunst van Lezen gefinancierd door andere partners en/of door bibliotheken zelf. Zo hebben bibliotheken vaker subsidie/bijdragen ontvangen van gemeenten (48% in 2020-2021 versus 55% in 2021-2022) en kinderopvangen (30% in 2020-2021 versus 38% in 2021-2022).
De BoekStartcoaches op locaties (o.a. consultatiebureaus, jeugdgezondheidszorg) waar bibliotheken mee samenwerken worden voornamelijk met structurele middelen gefinancierd (72%). De helft van de bibliotheken met BoekStartcoaches op 1 of meer locaties geeft aan dat in ieder geval op 1 locatie gebruik is gemaakt van een startsubsidie (49%).