Informatie voor het bibliotheeknetwerk

Samenwerking met voorschoolse educatie 2021-2022

  1. Personeel en vrijwilligers

Beschikbaarheid van personeel en vrijwilligers voor voorschoolse educatie

Personeel beschikbaar voor dienstverlening in bijna alle bibliotheken

Baby krijgt een boekstartkoffertje

Bijna alle bibliotheken hebben personeel beschikbaar specifiek voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie. Bij de meeste bibliotheken zijn dit vrijwilligers (71%), voorleesconsulenten (70%) en/of educatief specialisten (69%). 

Gemiddeld zetten bibliotheken vijf verschillende typen medewerkers in voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie. Hierin is sinds 2016 een stijgende lijn te zien: toen ging het gemiddeld nog om twee à drie verschillende functies.

Over de jaren blijft het aantal bibliotheken die voorleesconsulenten en BoekStartcoaches inzetten stijgen. In 2021-2022 zette 70% van de bibliotheken voorleesconsulenten in en 55% van de bibliotheken BoekStartcoaches. In het schooljaar daarvoor was dit respectievelijk 62% en 46%. Daarnaast zijn in 2021-2022 door meer bibliotheken front-officemedewerkers (60%) ingezet dan in 2020-2021 (45%). Een ontwikkeling die hoogstwaarschijnlijk te verklaren is door de strengere coronamaatregelen in 2020-2021. Bibliotheken kampten toen met lockdowns en waren genoodzaakt hun deuren te sluiten.

In ruim een derde van de bibliotheken heeft een deel van de frontofficemedewerkers (34%) de training BoekStart voor baby’s gevolgd of de opfriscursus gedaan.

Welke (soortgelijke) functies werden in schooljaar 2021-2022 door jouw bibliotheek ingezet voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie (Selectie: alle responderende bibliotheken, N: 121)

Hoeveel procent van de frontofficemedewerkers heeft in de afgelopen twee jaar de training BoekStart voor baby’s gevolgd of heeft de opfriscursus gedaan? (Selectie: alle bibliotheken die BoekStart voor baby aanbieden, N: 121)

Gemiddeld iets meer dan 1 fte beschikbaar voor dienstverlening voorschoolse educatie

Net als vorig schooljaar hebben bibliotheken in 2021-2022 circa 1,1 fte per week beschikbaar voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie. Dit is 4% van het totale aantal fte dat bibliotheken beschikbaar hebben voor hun dienstverlening (Van de Burgt & Klaren, 2022). 

Daarnaast heeft een kwart (27%) tussen de 1 en de 2 fte beschikbaar voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie. Bij 13% van de bibliotheken gaat het om 2 tot 5 fte. Slechts in 3% van de gevallen betreft het 5 fte of meer. Opvallend is dat steeds meer bibliotheken weten om hoeveel fte het gaat. In voorgaande jaren konden zo’n vier op de tien bibliotheken niet aangeven hoeveel fte voor voorschoolse educatie was gereserveerd. Het vermoeden bestaat dat dit destijds niet opgenomen stond in het beleid en er daardoor geen geoormerkte uren voor deze dienstverlening beschikbaar waren.

Hoeveel fte was er in schooljaar 2021-2022 gemiddeld per week beschikbaar voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie? (Selectie: bibliotheken met personeel voor voorschoolse educatie, N: 119)

Gemiddeld meer vrijwilligers ingezet

In totaal werden in het schooljaar 2021-2022 voor deze dienstverlening een kleine 2,4 duizend vrijwilligers ingezet, gemiddeld 32 vrijwilligers per bibliotheekorganisatie. Dit is zo’n 19% van alle vrijwilligers die bij de responderende bibliotheken werken (Van de Burgt & Klaren, 2022). Het aantal vrijwilligers dat wordt ingezet voor de dienstverlening rondom voorschoolse educatie verschilt sterk per bibliotheek. Dit is vaak afhankelijk van de bibliotheekgrootte: hoe groter de bibliotheek, hoe meer vrijwilligers er werkzaam zijn.

Meer dan de helft van de bibliotheken zet vrijwilligers minder dan 10 uur per week in voor deze dienstverlening (66%). Per fte worden gemiddeld 46 vrijwilligers ingezet. Dit zijn gemiddeld 7 vrijwilligers meer dan in schooljaar 2020-2021. Een ontwikkeling die te verklaren is door de strengere coronamaatregelen in 2020-2021. Toen konden minder activiteiten georganiseerd worden. 

Bijna alle vrijwilligers haken aan bij voorleesactiviteiten

Het overgrote deel van de vrijwilligers rondom voorschoolse educatie wordt ingezet voor voorleesactiviteiten in of buiten de bibliotheek (97%). Bij drie op de tien (31%) bibliotheken vervullen vrijwilligers de rol van gastheer of-vrouw, en/of worden ingezet bij andere ouder-kindactiviteiten (30%).

Waarvoor werden vrijwilligers in schooljaar 2021-2022 ingezet op het gebied van voorschoolse educatie? (Selectie: alle bibliotheken die vrijwilligers inzetten, N: 86)

Vrijwilligers met name geschoold in interactief voorlezen en de VoorleesExpress

Een groot deel van de vrijwilligers wordt inhoudelijk geschoold of getraind. Bij circa zeven op de tien bibliotheken krijgen vrijwilligers een inhoudelijke training en/of scholing rondom de VoorleesExpress (67%). Bij ruim de helft van de bibliotheken die vrijwilligers inzetten gaat het om scholing op het gebied van interactief voorlezen (58%). Trainingen/scholing rondom beide thema’s werden in schooljaar 2021-2022 vaker verzorgd dan in 2020-2021 (respectievelijk 55% en 44%).

Hebben de vrijwilligers een inhoudelijke training en/of scholing gevolgd? Zo ja, op welk gebied? (Selectie: alle bibliotheken die vrijwilligers inzetten, N: 86)

Bekendheid e-learningmodule aandachtspunt

Om de jeugdarts, jeugdverpleegkundige, verpleegkundig specialist en kraamverzorgenden van het consultatiebureau te ondersteunen en hun deskundigheid op het gebied van leesbevordering te vergroten en op te frissen, is door Stichting Lezen de geaccrediteerde e-learningmodule Taalstimulering door voorlezen ontwikkeld. Voor zowel de doelgroep jeugdartsen en  -verpleegkundigen als de doelgroep kraamverzorgenden is er een module uitgebracht. Drie op de tien bibliotheekorganisaties promoten de module voor jeugdartsen en -verpleegkundigen (29%), en slechts 4% brengt de module voor kraamverzorgenden bij de doelgroep onder de aandacht. Relatief veel bibliotheken zijn niet op de hoogte van het bestaan van deze modules. Zo kent 36% van de bibliotheken de module voor jeugdartsen en -verpleegkundigen niet, en is de module voor kraamverzorgenden bij de meerderheid van de bibliotheken onbekend (55%).

Promoot jouw bibliotheek de BoekStart e-learningmodule Taalstimulering door voorlezen voor jeugdartsen en -verpleegkundigen? (Selectie: alle responderende bibliotheken, N: 121)

Promoot jouw bibliotheek de BoekStart e-learningmodule Taalstimulering door voorlezen voor kraamverzorgenden? (Selectie: alle responderende bibliotheken, N: 121)

BoekStart e-learning

De e-learningmodule Taalstimulering door voorlezen ondersteunt de jeugdarts en -verpleegkundige van het consultatiebureau om hun deskundigheid op het gebied van leesbevordering te vergroten en op te frissen. De e-learningmodule bestaat uit de volgende onderdelen: Introductie, Belang van Voorlezen, Leesontwikkeling, Werkwijze BoekStart en Advies en voorlichting. Bij de e-learningmodule is tevens een reader gemaakt als naslagwerk en ter verdieping op verschillende onderwerpen. Voor kraamverzorgenden is er een aparte e-learningmodule. De kraamperiode waarin de kraamverzorgende intensief contact heeft met een gezin biedt kansen om ouders voor te lichten over voorlezen.